Gemeente Oldenzaal erkent dat kinderen geluid maken bij het buitenspelen en is van mening dat zij dat vrijuit moeten kunnen doen. De Wet Geluidhinder kent al enige tijd een uitzondering voor het meten van kinderspelgeluid bij scholen en andere kindervoorzieningen. Toch kent de algemene plaatselijk verordening in veel gemeenten restricties voor het toegestane geluidsniveau bij speelplekken. Het College van B&W van Oldenzaal heeft besloten een algemene vrijstelling te verlenen voor spelende kinderen tussen 7.00 en 21.00 uur. De aanleiding tot dit besluit was een verzoek tot handhaving van een burger die overlast ondervond van het geluid van spelende kinderen op het schoolplein bij hem in de buurt. Dat verzoek heeft het college naast zich neer gelegd. Kinderen maken nu eenmaal geluid bij het buitenspelen en dat is op zichzelf niet te beperken. Het beperken daarvan vindt het College van B&W van Oldenzaal niet wenselijk en wil kinderen speelruimte bieden tot 21.00u zonder geluidsrestricties. Bovendien is zij van mening dat dit de leefbaarheid van de stad vergroot.
Oldenzaal volgt hiermee diverse Duitse voorbeelden van (lokale) wetgeving die bepaalt dat geluid van spelende kinderen nooit als overlast mag worden aangemerkt. En loopt daarmee in Nederland voorop als het gaat om implementatie van de Rechten van het Kind op (buiten)spelen. Wel heeft Veenendaal eerder een aanvullende bepaling opgenomen dat het verbod betreffende geluidhinder niet van toepassing is “op het gebruik van openbare sport- en speelvoorzieningen en terreinen voor zover het betreft de uitoefening van sporten speelactiviteiten.” (Artikel 4:6.3 APV; zie: https://decentrale.regelgeving.overheid.nl/cvdr/xhtmloutput/Historie/Veenendaal/CVDR297855/CVDR297855_5.html )
Dit artikel is eerder verschenen in: SpeelsNieuwjaarsblad - nieuwsbrief van stichting Speelruimte NR 21
